Kabeltracé Borssele: advies kruising vaarwegen
De Maerschalck, B.; Verwilligen, J.; Plancke, Y.; Verwaest, T.; Mostaert, F. (2017). Kabeltracé Borssele: advies kruising vaarwegen. Versie 5.0. WL Rapporten, 16_121_1. Waterbouwkundig Laboratorium: Antwerpen. VII, 11 + 18 p. bijlagen pp. https://dx.doi.org/10.48607/296
Part of: WL Rapporten. Waterbouwkundig Laboratorium: Antwerpen. , more
|
Available in | Authors |
|
Document type: Project report
|
Keywords |
Hydraulics and sediment > Morphology > Erosion / sedimentation Literature and desktop study River morphology ANE, Netherlands, Westerschelde, Borssele [Marine Regions]
|
Author keywords |
Nautische toegankelijkheid |
Contact detailsProposer: Vlaamse overheid; Beleidsdomein Mobiliteit en Openbare Werken; Vlaams Ministerie Mobiliteit en Openbare Werken; Departement Mobiliteit en Openbare Werken (DMOW) , more
Authors | | Top |
- De Maerschalck, B., more
- Verwilligen, J., more
- Plancke, Y., more
|
|
|
Abstract |
Op vraag van de afdeling Beleid van het departement Mobiliteit en Openbare Werken heeft het Waterbouwkundig Laboratorium in samenwerking met de vertegenwoordigers van de baggeraars voorliggen advies betreffende de kruisingen van het geplande kabeltracé Borssele met de vaarwegen in de Westerschelde en op zee geformuleerd.De kabel moet het offshore windpark Borssele verbinden met het hoogspanningsstation Borssele. Het geplande en inmiddels vergunde tracé kruist drie maal de vaarweg: één maal op zee ter hoogte van de Westpitroute en twee maal in de Westerschelde.In onderstaande advies worden de opgelegde ingraafdieptes en minimale dekking zoals opgelegd in de vergunning vergeleken met de TenneT bestekdocumenten en ingraafdieptes zoals deze gehanteerd worden op Belgisch grondgebied.In de Nederlandse watervergunning wordt voor de kruising van de vaargeul enkel de kruising met de derde verruiming van de hoofdgeul in beschouwing genomen. De werkelijke vaarweg ter hoogte van de Rede van Vlissingen is echter breder dan deze theoretische vaargeul. Daardoor kruist in dit gebied de kabels de vaarroute niet alleen dwars, maar liggen ze over een afstand van bijna zes kilometer dwars en parallel in de vaarroute.In de vergunning wordt in dit gebied een minimale dekking van 3 m opgelegd. De TenneT bestek documenten gaan verder en stellen een ingraafdiepte van 6 m voorop. Dit om onderhoudswerken te kunnen optimaliseren. Bij erosie van de bodem is men er echter enkel toe gebonden de minimale dekking van 3 m te garanderen. Bovendien is TenneT niet gebonden aan de ingraafdieptes zoals vooropgesteld in de bestek documenten. In de nog op te stellen werkplanning kan omwille van technische redenen hiervan afgeweken worden zolang aan de vergunningsvoorwaarden voldaan wordt.Met een ingraafdiepte van 6 m zal tussen 88 % (kabel alfa2) en 97 % (kabel beta1) van de kruising met de Rede van de Wielingen volgens de huidige bodem de kabel dieper liggen van -25 m LAT. Met een ingraafdiepte van 3 m is dit maar tussen de 68 % (beta1) en 79 % (alfa1) van de kruising gegarandeerd (op basis van de bodem zoals opgemeten in 2015).Ter hoogte van de kruising met de Westpitroute wordt in de vergunning slechts 1 m dekking opgelegd. In de TenneT bestekdocumenten wordt vooropgesteld om ook hier de kabel op -25 m LAT te leggen. Zelfs met deze extra voorwaarde zal de dekking op de meeste plaatsen echter minder dan 3 m bedragen. Kabels op Belgisch grondgebied liggen ter hoogte van de kruising met Scheur West op -22,5 m LAT diep. Dit is ongeveer 6,2 m onder het huidige streefpijl en 4 m onder het de toekomstige streefdiepte. Bovendien kan ten alle tijden door afdeling Maritieme Toegang aan de eigenaar gevraagd worden om op eigen kosten de kabel te verdiepen tot -25 m LAT. Het is dan ook aangewezen om een minimale ingraafdiepte van 4 m en een gegarandeerd dekking van 3 m op te nemen in de vergunning zowel voor de kruising ter hoogte van de Westpitroute als ter hoogte van de kruisingen in de Westerschelde. |
|